Tijdens een interview blikken Mart van Knippenberg, Hans Koman, Peter Bouten, Emiel Sillen en Sjors Fassotte terug op het ontstaan, het plezier en uiteindelijk ook het afscheid van Mannewerk.
Zonder dirigent, met overtuiging
“We begonnen ooit met een paar mensen bij Aodemnoët,” vertelt Sjors Fasotte. “We zongen daar voor de gezelligheid, maar wilden het op een iets hoger niveau proberen. Dus zijn we met een klein clubje begonnen. Zonder dirigent, zonder muzikaal leider. Gewoon op gevoel.”
Dat bleek een gouden formule. De groep groeide uit tot een herkenbare naam in de regio, bekend om hun eigenzinnige a cappella-versies van bekende én minder bekende nummers. “Soms zingen we met begeleiding, maar het overgrote deel is a capella,” zegt Emiel Sillen. “Dat is veel lastiger, want dan hoor je alles. Je moet zuiver zingen, op elkaar letten. Het vergt concentratie, maar geeft ook een enorm voldaan gevoel.” Mart van Knippenberg vult aan: “In Limburg zijn er maar een paar groepen die zo werken. Dat maakt ons toch wel bijzonder.”
Teksten met een knipoog én diepgang
Naast de muziek is het vooral ook de inhoud die Mannewerk onderscheidde. Peter Bouten, die veel teksten schreef: “We wilden niet zomaar liedjes zingen. We maakten teksten met humor, met levenswijsheid, met soms een maatschappijkritische noot. Zelfs sport kwam wel eens voorbij.”
“Die teksten, daar zit zoveel in,” zegt Bouten. “Als we ze nu teruglezen, zie je hoe we als mensen zijn veranderd. Het gaat over ouder worden, over het leven zelf. Dat maakt het waardevol.”
Een groep, een vriendschap
Wat begon als een zanggroep, groeide uit tot een hechte vriendengroep. “Elke dinsdagavond was het vaste prik: repeteren en lachen,” zegt Sjors. “Na al die jaren ken je elkaar door en door. Je weet wat je aan elkaar hebt.” Toch komt aan alles een einde. “De energie en gezondheid van sommigen van ons begon wat te haperen,” zegt Peter Bouten. “We wilden op een goed moment stoppen. Samen besloten we: het is goed geweest.”