De dorpen sluiten zelf contracten af met de zorgaanbieders. Die gaan op 1 januari 2022 in. Nu hebben de zorgaanbieders nog een contract met de gemeente. Het eigenaarschap komt daarmee ook te liggen bij de tien deelnemende dorpen. Zij hebben daarnaast de regie en nemen de uitvoering van hulp bij het huishouden voor hun rekening.
De dorpsondersteuners fungeren als eerste aanspreekpunt. Voor de inwoners verandert er in de dorpsvoorziening niets. Voor de toekomst zien de dorpsgemeenschappen verschillende kansen. "De dorpsondersteuner krijgt in de dorpsvoorziening een grotere rol", legt Gijs van Lier, voorzitter van Raad van belanghebbenden, uit. "Nu is dat nog beperkt tot hulp bij het huishouden. Maar de dorpsondersteuner heeft al veel bijvangst."
Hij noemt als voorbeeld: "Nu staan er op een oprit vaak drie auto's van drie verschillende organisaties. Dat kan simpeler en makkelijker als je het logistiek bekijkt. Iedereen ziet het, maar doet niks en laat het gebeuren. Wij denken dat we een bijdrage kunnen leveren. Stap uit de systeemwereld en ga naar de leefwereld." Daarmee doelt Van Lier op dat dorpsondersteuners zien wat er achter de voordeur gebeurt en daarop kunnen anticiperen.
Volgens hem is het aan elk dorp of ze het houden bij de hulp in huishouding of een stapje verder gaan in de zorg voor inwoners. In Panningen blijken de werkzaamheden door de stijging van het aantal cliënten teveel te zijn voor één dorpsondersteuner. Daarom is er een vacature uitgezet voor het aanstellen van een tweede dorpsondersteuner.
De gemeente ondersteunt de dorpen financieel met een subsidie. Het was even de vraag of de dorpsvoorziening vrijgesteld kon worden van btw, wat het geval is binnen de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Daar is actief voor gelobbyd bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het ministerie van Financiën. Demissionair minister Hugo de Jonge liet begin van de week in een Kamerbrief weten dat er geen uitzondering wordt gemaakt voor Peel en Maas. Dat betekent dat de zorgaanbieders op hun factuur 9 procent btw zetten. De meerkosten van zo'n 300.000 euro zijn voor rekening van de gemeente.
"We hadden gewild dat de overheid had gezegd: dit is de ultieme vorm van burgerparticipatie, we belonen Peel en Maas. Dat hebben ze nog niet gedaan helaas", reageert wethouder Anget Mestrom. "In beleidsnotities roept het ministerie juist gemeenschappen op om hun verantwoordelijkheid te nemen. Als het puntje bij paaltje komt, zetten ze het niet om in wet- en regelgeving."
De gemeente blijft hulp bij het huishouden uitvoeren waar dat nodig is. De verwachting is dat aan het einde van het jaar tussen de 1200 en 1300 cliënten via de dorpsvoorziening geholpen worden en 200 tot 250 inwoners in de Wmo zitten.
De totale kosten van de pilot bedragen 4,1 miljoen euro, zonder de btw-kosten meegerekend.